Europa, de VS en toekomst van Afrika

Afbeelding debatcentrum Tumult

Met enige regelmaat organiseert het Utrechtse debatcentrum Tumult bijeenkomsten rondom EU-gerelateerde thema’s. Afgelopen bijeenkomst stond de vraag centraal hoe de EU zich in de toekomst moet opstellen tegenover Afrika. Kern van de discussie vormde de zin en onzin van ontwikkelingshulp aan Afrikaanse landen.

Te gast waren Marieke van Doorn van het European Partnership for Democracy; Stephen Ellis, van het Leidse Afrika Studiecentrum; Olivier Nyirubugara, voormalig journalist in verscheidene Afrikaanse landen; Paul van Wijk van Oxfam Novib; en Jair van der Lijn van het Clingendael Instituut. De avond werd begeleid geleid door de onderzoeksjournalist Jos van Beurden.

Momenteel wordt er in de Nederlandse media en politiek een scherp debat gevoerd over het nut van ontwikkelingshulp. In het bijzonder heeft de VVD, onder meer bij monde van Tweede Kamerlid Arend-Jan Boekestijn, gepleit voor een halvering van de huidige begroting voor ontwikkelingshulp. De aanstaande Amerikaanse president Barack Obama heeft al laten doorschemeren dat zijn economische reddingsplan ten koste zal gaan van zijn plannen om de buitenlandse hulp op te rekken.

De crux van het ontwikkelingdebat is eigenlijk de mondiale invloed van China, zo werd ook impliciet duidelijk uit het podiumgesprek in Tumult. De Europese ontwikkelingsbranche reageert nogal panisch op het Aziatische model van ontwikkelingssamenwerking, in het bijzonder de wijze waarop China zijn positie in Afrika probeert te versterken, baart de nodige kopzorgen. Waar de Westerse landen slechts ontwikkelingshulp verlenen op voorwaarde dat de ontvangende landen hun bestuur verbeteren, voeren de Chinezen een aanzienlijk pragmatischer beleid: ontwikkelingshulp in ruil voor grondstoffen tegen een gunstige prijs. De ideologische verbanden die de Westerse landen in de vorm van democratisering willen creëeren zullen de Chinezen worst wezen.

Jair van der Lijn van het Clingendael Instituut kwam overigens met de ontnuchterende verklaring dat het de Westerse landen in beginsel ook gewoon te doen is om materiële belangen. Met andere woorden, de zogenaamde ideële motieven van Westerse regeringen zijn vooral een lege huls gebleken. Olivier Nyirubugara sprak over een hypocriet Europees ontwikkelingsbeleid en illustreerde dat met een voorbeel uit de Centraal Afrikaanse Republiek. Als een van de armste landen van het Afrikaanse continent had het enkele jaren gelden een acuut energieprobleem en wendde zich in eerste instantie tot haar voornaamste handelspartner Frankrijk voor noodhulp. De Fransen stelden dermate onmogelijke randvoorwaarden, dat de Republiek zich genoodzaakt zag bij China aan te kloppen. Het Franse Corps Diplomatique reageerde vervolgens onthutst op deze actie. Onterecht, de Afrikaanse landen moeten er immers voor waken niet te worden samengeperst in de machtspolitiek van de grootmachten, oordeelde Nyirubugara.

Paul van Wijk van ontwikkelingsorganisatie Oxfam Novib gaf aan nog altijd heil te zien in democratiseringsprojecten, zijn gesprekspartner Marieke van Doorn was een soortgelijke menig toegedaan. Mali geld bijvoorbeeld als het Afrikaanse land waar democratisering wel degelijk wortel heeft geschoten met behulp van buitenlandse hulp. Van cynisme wilde van Wijk in ieder geval niets weten. Wel benadrukte hij dat een democratisch systeem nooit van buitenaf opgelegd kan en mag worden. Nyirubugara sprak direct zijn twijfel uit: het is een feit dat in het gros van de Afrikaanse landen dictatuur gewoon meer stabiliteit brengt dan democratie. Met andere woorden, democratisering in Afrikaanse staten transformeert vaak tot de brandstof voor gewelddadige conflicten, is de sombere constatering.

De hele debat overziend konden de sprekers geen grip krijgen op de vraag hoe de EU zijn betrekkingen met de Afrikaanse landen in de nabije toekomst moet vormgeven. De rol van China in Afrika kreeg veel aandacht. Hoewel regeringsfunctionarissen, journalisten en opinieleiders het niet snel zullen uitspreken, wordt toch met bewondering gekeken naar de effectieve aanpak van het Aziatische model voor ontwikkelingssamenwerking. Een discussie op Europees niveau moet in ieder geval nog van de grond komen, wil de EU haar gewenste rol in de mondiale politiek verkrijgen.

Lees ook:TOP OF FLOP?
Lees ook:PvdA te gast Meijhorts
Lees ook:Het nut van ontwikkelingshulp
Lees ook:Johan Van Hecke wil gedragscode wapenhandel
Lees ook:Dorette Corbey speelt niet met speelgoed

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Verplichte velden zijn gemarkeerd met *

Naam

Website

Het kan vijf minuten duren voordat nieuwe reacties zichtbaar zijn.