De moord op Alexander Litvinenko was het begin van 
een diplomatieke tweestrijd. Zoals vrij bekend werd voormalig KGB-agent Litvinenko vermoord in Londen. Engelse vingers wezen naar de FSB, de opvolger van de KGB, de geheime dienst van Rusland. Sommigen durfden zelf te wijzen naar Vladimir Poetin, ook een voormalig KGB-agent maar dan één die zegt dat je agent zal blijven zolang je leeft. Litvineko stierf aan de gevolgen van een vergiftiging met het radioactieve Polonium-210, op 20 november 2006.
Een maand daarvoor werd de kritische journaliste Ana Politkovskaja vermoord. Ook toen werd de FSB geregeld als dader genoemd. De Russisch overheid ontkent enige betrokkenheid met deze en andere liquidaties. Er is namelijk een hele rij moorden te noemen.
Met betrekking tot Litvinenko vermoedt Groot-Brittannië een connectie tussen het radioactieve Polonium en de zakenman Andrei Lugovoi. Het Polonium heeft ongeveer €6.718.000 euro gekost. De Britse overheid willen - jawel - oud KGB-agent Lugovoi ondervragen over deze prijzige moord in de Engelse hoofdstad. De Rusische overheid weigert hem uit te leveren.
Londen zette 4 Russische diplomaten het land uit. Moskou deed hetzelfde met een aantal Engelse diplomaten. De spanning loopt op nu twee consulaten in Rusland niet mogen worden heropend van Moskou. De Engelse ambassadeur in Rusland moet vandaag verschijnen bij het Ministerie van Buitenlandse Zaken.
Alexander Livinenko stierf aan Polonium in sushi. Het zou verstandig zijn van de ambassadeur om te zeggen dat hij al gegeten en gedronken heeft. In de lijn van dit mysterie is zelfs een glas water verdacht. Blijf ervan af.
Lees ook:Gezelligheid kent geen tijd: Grime uit Groot-Brittannië
Lees ook:Aardgas en Raspoetin
Lees ook:De sterke man en zijn derde termijn?
Lees ook:EU zoekt vriendjes
Lees ook:De erfenis van Rumsfeld